De coöperatie als constructie tegen schijnzelfstandigheid?

Een coöperatie kan een oplossing zijn tegen schijnzelfstandigheid, maar alleen als deze juridisch en organisatorisch klopt. De Belastingdienst kijkt sinds 2025 scherp naar de praktijk achter de papieren vorm. Voorkom nabetaling van sociale lasten, werkgeverslasten en boetes. Wil je weten of jouw coöperatie goed zit of start je er één? Lees dan onderstaand artikel en wij kunnen jullie met juridisch advies bijstaan.

In dit artikel

Juridische haalbaarheid en aandachtspunten

Sinds de Belastingdienst per 1 januari 2025 weer actief handhaaft op schijnzelfstandigheid onder de Wet DBA, neemt de druk op opdrachtgevers toe om arbeidsrelaties juridisch correct in te richten. Een van de constructies die in dit kader regelmatig genoemd wordt, is de coöperatie. De vraag die steeds vaker bij juridische adviseurs op tafel ligt: kun je als ondernemer of opdrachtgever via een coöperatie de risico’s van schijnzelfstandigheid vermijden? Het korte antwoord: Ja, onder strikte voorwaarden, zoals het hanteren van de juiste werkwijze en met een scherp oog voor de realiteit achter de papieren structuur.

Waarom een coöperatie?

Een coöperatie is een rechtspersoon die wordt opgericht door leden die samenwerken om  samen voordeel te behalen en hun zakelijke belangen te behartigen. De leden kunnen gezamenlijk opdrachten aannemen en hun diensten aanbieden aan derden, waarbij de coöperatie fungeert als opdrachtnemer. In theorie is hiermee sprake van een andere verhouding dan de klassieke opdrachtgever–zzp’errelatie. De coöperatie is immers de contractpartij, niet het individuele lid. Dat lijkt een extra juridische schil te creëren die afstand schept tussen de opdrachtgever en de individuele uitvoerder. Steeds meer opdrachtgevers geven bij freelancers aan dat ze als eenmanszaak of als management BV geen opdrachten meer kunnen verwerven. In een coöperatie vorm kan het wel, mits goed ingericht.

Zelfstandig opdrachten uitvoeren

Toch schuilt juist daar het gevaar van een schijnconstructie. Want wat telt, is niet de vorm op papier, maar de feitelijke uitvoering in de praktijk. Die lijn is sinds het Deliveroo-arrest van de Hoge Raad in 2023 nog eens scherp benadrukt. In die zaak oordeelde de rechter dat bezorgers van Deliveroo, hoewel zij contractueel als zelfstandigen werkten, in werkelijkheid onder gezag en organisatorische inbedding van de opdrachtgever vielen. Het was het feitelijke gedrag dat de doorslag gaf, niet de contractvorm.

Hetzelfde geldt voor de leden van een coöperatie. Als deze leden in de praktijk individueel opdrachten uitvoeren onder directe aansturing van de opdrachtgever, volgens diens werktijden, met diens middelen en binnen diens organisatie – dan is er juridisch gezien nog steeds sprake van een gezagsverhouding en dus een potentieel dienstverband. De Belastingdienst zal dan kunnen concluderen dat het lid feitelijk als werknemer functioneert, ook al loopt het contract formeel via een coöperatie.

Ondernemersrisico lopen

Wat betekent dit voor de oprichters van een coöperatie die een legitieme structuur willen opzetten waarin zelfstandige professionals samen opdrachten uitvoeren? Allereerst is het cruciaal dat de leden daadwerkelijk als ondernemers opereren. Dat betekent dat ze ondernemersrisico dragen, zelf hun werktijden bepalen, bij ziekte en afwezigheid geen vergoeding ontvangen, eigen klanten hebben en kunnen werven en zich ook als ondernemer profileren – zowel administratief, fiscaal alsook in hun communicatie naar buiten. Binnen de coöperatie moeten afspraken worden vastgelegd die deze zelfstandigheid waarborgen. Denk aan resultaatsgerichte opdrachten, eigen verantwoordelijkheid voor planning en uitvoering, en heldere afspraken over risicoverdeling, facturatie en aansprakelijkheid.

Daarnaast moet de coöperatie onafhankelijk opereren ten opzichte van de opdrachtgever. Als een opdrachtgever in feite de enige afnemer is van de coöperatie, ontstaat al snel een schijnrelatie. Diversificatie van de opdrachtgeversportefeuille is essentieel, evenals transparantie over de interne structuur van de coöperatie en de mate van collectieve besluitvorming. Een goed opgezette coöperatie functioneert als een samenwerkingsverband tussen zelfstandige ondernemers, niet als een vehikel om de loondienstverhouding te verhullen.

Belangrijk is om dit goed door te spreken met de oprichters en dit ook  mee te nemen in de statuten, reglementen en lidmaatschapsovereenkomsten. Daarbij spelen de volgende factoren een cruciale rol:

  1. Hoe worden besluiten genomen?
  2. Is er sprake van gelijkwaardigheid?
  3. Wordt winst verdeeld naar inzet en toegevoegde waarde, of naar een vooraf afgesproken verdeelsleutel?

Allemaal factoren die in een mogelijke toetsing door de Belastingdienst of rechter een rol kunnen spelen.

Samenvatting

De coöperatie is geen ‘silver bullet’ tegen schijnzelfstandigheid. Het kan een legitieme structuur zijn, mits zorgvuldig opgezet én in de praktijk overeenkomstig de uitgangspunten wordt gehandeld. Oprichters en leden moeten voorkomen dat sprake is van een  verkapt dienstverband, vooral ook t omdat de Belastingdienst sinds 2025 actief controleert en vanaf 2026 ook daadwerkelijk boetes oplegt. Het Deliveroo-arrest bevestigt dat de realiteit leidend is: juridische vormgeving is slechts het begin, maar de uitvoering in de praktijk bepaalt de uitkomst. Daaraan kun je met een ondernemerscoöperatie, facilitaire coöperatie of werknemerscoöperatie vormgeven. 

Plan een vrijblijvend kennismakingsgesprek

Of vul het formulier in en één van onze specialisten neemt telefonisch contact met je op voor een kennismakingsgesprek. Ook vertellen we je meer over onze werkwijze en de kosten in jullie situatie.

Deze specialisten helpen je graag verder

Anja van Velsen

Algemene vraag?

Je kunt via het formulier op onze contactpagina je vragen stellen.

Deel dit artikel