Stappenplan voor het oprichten van een coöperatie zonder risico op schijnzelfstandigheid

Een coöperatie kan een oplossing zijn tegen schijnzelfstandigheid, maar alleen als deze juridisch en organisatorisch klopt. De Belastingdienst kijkt sinds 2025 scherp naar de praktijk achter de papieren vorm. Voorkom naheffingen, correcties of boetes vanuit de Belastingdienst.
Wil je weten of jouw coöperatie goed zit of start je er één? Vraag ons om juridisch advies via info@cooperatieexpert.nl.

In dit artikel

Coöperatie oprichten

Bij het oprichten van een coöperatie waarin leden hun producten en diensten gezamenlijk aanbieden, is het essentieel om niet alleen de juridische oprichting goed te regelen, maar ook om de feitelijke werkwijze zo in te richten dat het risico op schijnzelfstandigheid onder de Wet DBA wordt voorkomen. De volgende stappen zijn leidend voor een juridisch houdbare coöperatiestructuur.

Allereerst is er de formele oprichting. Een coöperatie ontstaat bij notariële akte. De statuten vormen het fundament. Deze moeten duidelijk maken dat de leden als zelfstandige ondernemers opereren. Kies een naam, bepaal het doel van de coöperatie – zoals gezamenlijke marktbenadering of administratie – en regel de aansprakelijkheidsvorm (UA, BA of WA). UA – uitgesloten aansprakelijkheid – is het meest gangbaar bij zzp-coöperaties.

Ledenovereenkomst

Vervolgens stel je een ledenovereenkomst op, waarin de rechten en plichten van de leden onderling én tegenover de coöperatie worden vastgelegd. Dit document is cruciaal om te onderbouwen dat er geen sprake is van een gezagsverhouding of loondienstverband. Leg in de ledenovereenkomst vast dat leden van de coöperatie:

  • hun eigen tarieven bepalen;
  • zelfstandig opdrachten kunnen weigeren;
  • voor een vervanger kunnen zorgen;
  • zelf verantwoordelijk zijn voor de kwaliteit van hun werk en ondernemersrisico’s zelf dragen bij fouten of tegenvallende opbrengsten;
  • meerdere opdrachtgevers hebben naast de coöperatie;
  • bij ziekte of afwezigheid geen recht op vergoeding hebben ingeschreven staan bij de Kamer van Koophandel (KvK).

Verder wordt ook gekeken naar de  tariefstelling en aard van de werkzaamheden. Als het (uur)tarief of beloning te laag is, ofwel als die vergelijkbaar is met uurtarieven van werknemers in loondienst, wekt dit al snel de indruk dat er sprake is van een dienstverband. In de nieuwe conceptwetsvoorstellen onder de projectnaam “Wet VBAR” (Verduidelijking Beoordeling Arbeidsrelaties en Rechtsvermoeden) wordt hier zelfs duidelijkheid over gegeven. Hierin rept men over tarieven tussen de 30 en 40 euro per uu. Deze nieuwe wet wordt verwacht medio 2026, maar vooralsnog is er veel kritiek van Raad van State, uitvoeringsinstanties en zzp’ers zelf.

Bestuursstructuur

Daarna richt je de bestuursstructuur in. Zorg dat het bestuur gekozen wordt door en uit de leden, dat besluiten op democratische wijze genomen worden en dat er ruimte is voor autonomie van de individuele leden. Een collectief waarin besluitvorming wordt gedeeld en geen centrale aansturing plaatsvindt zoals bij een werkgever-werknemer relatie, is beter bestand tegen toetsing op gezag of inbedding.

Positionering van de coöperatie

In de volgende fase moet de coöperatie zich positioneren als zelfstandige entiteit ten opzichte van opdrachtgevers. Sluit contracten af met opdrachtgevers namens de coöperatie, niet op naam van individuele leden. De coöperatie is opdrachtnemer, de leden voeren uit. Elk lid factureert de coöperatie voor zijn of haar aandeel, en de coöperatie factureert de klant. Zo ontstaat er administratief én feitelijk afstand tussen lid en klant.

Ondertussen is het belangrijk dat de coöperatieleden zich extern profileren als ondernemer. De leden dienen een eigen website of profiel te hebben, meerdere opdrachtgevers bedienen, zelf acquireren en actief investeren in hun bedrijf. Vermijd uitingen zoals “functie X bij bedrijf Y”. Dit zou inbedding suggereren, iets wat onder de Wet DBA juist een indicatie is voor schijnzelfstandigheid.

Tot slot

Borg continu de zelfstandigheid van de leden in de dagelijkse praktijk. Dat betekent geen vaste werktijden, geen instructiebevoegdheid van klanten, geen interne e-mailadressen of onboarding zoals bij personeel. Zorg dat alles – van gedrag tot administratie – bevestigt dat het lid geen werknemer is, maar ondernemer. Voorkom dat één opdrachtgever dominant wordt. Doorloop je deze stappen zorgvuldig, dan ontstaat een robuuste structuur waarin samenwerking tussen zelfstandigen juridisch legitiem is en het risico op naheffingen of correcties vanuit de Belastingdienst aanzienlijk beperkt wordt.

Wil je het juridisch toetsen dan kunnen wij met onze expertise meekijken. Vraag ons om juridisch advies via info@cooperatieexpert.nl. Immers onze actuele Ledenovereenkomst en de beschreven werkwijze zijn door de Belastingdienst gecontroleerd op schijnzelfstandigheid en goedgekeurd.

Plan een vrijblijvend kennismakingsgesprek

Of vul het formulier in en één van onze specialisten neemt telefonisch contact met je op voor een kennismakingsgesprek. Ook vertellen we je meer over onze werkwijze en de kosten in jullie situatie.

Deze specialisten helpen je graag verder

Floor Cornelisse
Anja van Velsen

Algemene vraag?

Je kunt via het formulier op onze contactpagina je vragen stellen.

Deel dit artikel